NAAR SCHOOL IN DE BERGEN VAN NEPAL

 

Vandaag werden we wakker in het dorpje Musure. Sommige reizigers waren al vroeg op, gewekt door het licht dat door de niet al te goed afgesloten ramen naar binnen viel. Anderen werden wakker van het gerommel van de Nepalese gastgezinnen die soms al rond vijf uur opstaan. Het harde matras bleek mee te vallen, maar met een spin of sprinkhaan in je kamer slaap je toch net iets minder lekker.


Rond acht uur stond iedereen klaar voor de ochtendyoga in de buitenlucht. Onder anderen Krithi en mevrouw Van Gorp bleken daar veel talent voor te hebben. Voordat we konden beginnen met het ontbijt, liet onze gastmoeder zien hoe we onze eigen bordjes konden maken. Door bladeren op een speciale manier te vouwen en met dunne bamboestokjes aan elkaar te rijgen, maakten de reizigers hun eigen bakjes en bordjes. Vooral Felicia en Chloë bleken daar handig in te zijn. Gelukkig waren er voor het ontbijt ook gewone bordjes beschikbaar, maar Marilou en Milou wilden toch graag hun zelfgemaakte exemplaren van bladeren uitproberen.


Daarna was het tijd voor actie: op het programma stond een bezoek aan de school en de kliniek. Ja jullie lezen het goed, we gingen naar school op zondag. In Nepal hebben de leerlingen alleen op zaterdag weekend. Dan mogen wij toch niet klagen! Omdat veel mensen in Nepal in de bergen wonen, moeten ze vaak ver lopen om ergens te komen. Dat hebben onze leerlingen vandaag zelf ervaren tijdens een wandeling van anderhalf uur om bij de school te komen. Een van onze gastouders, Ishwor, vertelde dat hij deze tocht vroeger zes dagen per week liep om naar school te gaan.


Bij aankomst op de school kregen we een warm welkom van de leerlingen en het schoolhoofd. Er was een bijzonder moment toen we de schooltassen mochten overhandigen die dankzij de sponsoren van het Aloysius waren aangeschaft. Het was een officieel gebeuren: de docenten mochten speechen en onze reizigers mochten aan elke leerling persoonlijk een rugzak uitdelen.


De lunch viel vandaag bijzonder goed in de smaak, tot onze verbazing ging alles op. We kregen heerlijke noedels met ei. Na de pauze zongen de leerlingen spontaan een liedje voor mevrouw Van Gorp, die vandaag jarig was!


Na de lunch mochten de reizigers lessen volgen met de Nepalese leerlingen, maar ook zelf een lesje geven. Er werd Nederlands, Engels, topografie en Nepalees geleerd. Sommigen vonden het maar vreemd om in Nepal weer in de schoolbanken te zitten en dan ook nog op een zondag! Rosalie grapte: “Ik hou van school, maar alleen als mijn broodje in de kantine lekker is.” Coco en Felicia hadden het daarentegen enorm naar hun zin en stonden als echte juffen voor de klas om de Nepalese leerlingen Nederlands te leren. Laura Lynn en Marieke kregen van hun docent de taak om een landkaart van Nederland te tekenen, wat toch wat moeilijker bleek dan gedacht. Voor Babet was de les een makkie: zij wist nog precies hoe je tot vijf telt van de eerste taalles.


Daarna bezochten we de kliniek, waar de dorpsbewoners gratis basiszorg kunnen krijgen. Er werd ons verteld dat deze kliniek alleen voor eenvoudige zorg bedoeld is en dat je voor gespecialiseerde hulp helemaal naar Kathmandu moet reizen. In Nepal heeft bijna niemand een zorgverzekering, en zo’n reis is simpelweg te duur om zelf te betalen. We kregen een korte rondleiding van de verpleegkundige. Toen Bente een bloeddrukmeter zag liggen, vroeg ze meteen of haar bloeddruk gemeten kon worden. De verpleegkundige deed dat met plezier en al snel wilde de rest ook aan de beurt komen.


Na een lange wandeltocht kwamen we eindelijk terug bij het gastgezin, waar we met de hele groep samen aten. Onze lokale reisbegeleiders verrasten de jarige mevrouw Van Gorp en reisbegeleidster Merel met een prachtige taart, die zij in veertig stukjes sneden. We sloten de dag af bij het kampvuur met een muziekje en een potje Weerwolven. Het was supergezellig,  juist omdat we hier geen wifi hebben komt de groep nog dichter tot elkaar.


Bij het kampvuur reflecteerden we op de dag en beseften we opnieuw hoe bevoorrecht we zijn. Zo zei Bregje: ‘Ik heb een elektrische fiets die vaak kapot gaat. Het is 5 minuten fietsen naar school en dan vraag ik altijd aan mijn moeder of ze me kan brengen. Ik denk dat ik nu minder ga zeuren, want die kinderen lopen hier wel twee uur naar school.’


Vanavond slapen we nog één nachtje in Musure, en morgen vertrekken we alweer naar onze volgende bestemming!